Landschap

In Houten zijn er twee soorten landschappen: de stroomruggronden en de komgronden. Elk type heeft zijn eigen uiterlijk en speciale kenmerken..

De stroomruggronden zijn een verhoogd deel van het landschap waar vroeger een rivier stroomde. Je kunt het herkennen aan de oeverwallen en aan dat het hoger ligt dan het omringende gebied. De Houtense stroomrug heeft twee delen: het gebied rond Houten en het gebied oostelijk van Houten bij ’t Goy. De komgronden zijn de polders rond Schalkwijk.  Dat zien we als één gebied (Schalkwijk).

Het gebied tussen de komgronden en de oeverwal vormt samen met de oeverwal zelf en de uiterwaarden het gebied Oeverwal. Hieronder zie je de kenmerken van elk gebied en daarna lees je over de belangrijkste landschapselementen.

't Goy

't Goy lijkt veel op het stedelijke gebied. Dat betreft de grond, hoe het land verdeeld is en waar de oude wegen lopen. Er zijn twee kleine dorpskernen in 't Goy en landgoed Wickenburg met bomen. In het gebied zijn veel boomgaarden, bomen op erven en langs wegen, en er zijn belangrijke natuurlijke plekken. Het gebied voelt knus aan en heeft een paar belangrijke uitzichten. Vroeger stonden er vooral in 't Goy en het stedelijke gebied hoogstamboomgaarden. Een paar ervan zijn er nog steeds.

Schalkwijk

Dit deelgebied heeft een eigen identiteit binnen de gemeente. De grond is laag en nat, en bestaat vooral uit kleigronden zonder veel kalk. Hier zie je nog veel van de oude ontginningen, met sloten en kanalen. In het gebied vind je vooral bebouwing langs de Schalkwijkse ontginningsas. Daar vind je ook resten van de Nieuwe Hollandse Waterlinie en oude kastelen zoals Schalkwijk en Marckenburg. De wegen en sloten zijn recht en vaak lang.

Wat dit gebied echt kenmerkt, is hoe open het is. Je ziet veel erf- en laanbeplanting, en bomen rondom de forten en de eendekooi. Het Adam-Rijnkanaal en de spoorlijn snijden hier doorheen. De sloten en oevers in polders zoals Vuylcop, Blokhoven en Biesterpolder, zijn belangrijk voor de natuur. Net als het inundatiekanaal en in het veenmoerasgebied Rietveld.

Deelgebied oeverwal

Dit deelgebied heeft verschillende soorten rivierkleigrond, sommige met kalk en sommige zonder. Deze stroomruggrond is verdeeld in onregelmatige stukken. Daaraan zijn sloten, kanalen en oude wegen gekoppeld die lopen langs de ontginningsassen en dijken. Het gebied ligt hoger en droger dan het komgebied Schalkwijks. De meeste gebouwen staan langs de doorgaande wegen maar er zijn ook verspreid huizen langs de oude wegen.

Andere kenmerken zijn kleine bosjes, bomen op erven, wilgenbossen en bomen rond fort Honswijk. Deze zijn belangrijk voor de natuur. De omgeving is afwisselend open en dicht bebost. Aan de kant van de dijk is er een landschap van uiterwaarden.

Bomenrijen/wegbeplanting

In dit gebied zie je vooral bomen langs wegen en soms nog resten van houtsingels. Langs de sloten staan ook verschillende rijen knotbomen. De bomen langs de wegen hebben verschillende vormen en functies. Ze zijn belangrijk omdat ze helpen de wegen in het landschap te passen. Maar ook om  mensen de weg wijzen, de wind tegen te houden en als verbinding voor dieren. Meestal zijn het essen, populieren en wilgen.

Houtsingels

Houtsingels zijn rijen bomen en struiken langs lijnen in het landschap en zijn erg waardevol. Een goede houtsingel heeft bomen bovenaan, struiken eronder en planten op de grond. Ze houden zo de wind tegen en geven vogels een plek om te broeden en te rusten. Insecten kunnen er in de winter verblijven en kleine dieren vinden er bescherming. Ook helpen houtsingels verschillende dieren om van het ene gebied naar het andere te komen.

Grienden en (hakhout)bosjes

We vinden bosjes vooral op de plekken waar de komgronden overgaan in de oeverwallen. Ook bij huizen en boerderijen zien we vaak kleine bosjes, spontaan ontstaan of bewust aangeplant. Zo hadden de boeren hout voor het werk en thuis. Het hout van wilgenbossen (grienden) gebruikten zij bijvoorbeeld voor beschoeiingen of om manden te vlechten.

Erfbeplantingen

Bij de meeste boerderijen vind je beplanting op het erf. Die beplanting kan heel verschillend zijn. Denk bijvoorbeeld aan: rijen bomen langs opritten, losstaande bomen, wilgenbossen, kleine boomgaarden, leibomen langs de voorkant of een mix van dit alles. Deze beplanting heeft verschillende doelen, zoals bescherming bieden, fruit of hout leveren, en het erf mooier maken. Door de relatie met andere beplantingselementen, kunnen ze ook bijdragen aan de natuur in het gebied.

Boomgaarden

In het gebied komen vooral boomgaarden voor in het deelgebied 't Goy en deelgebied Oeverwal. De boomgaarden staan hoofdzakelijk op de kleigronden, die bij uitstek geschikt is voor deze vorm van grondgebruik. Hoogstamboomgaarden zijn nagenoeg niet meer aanwezig. Maar er zijn nog wel restanten, voornamelijk als erfbeplanting (huisboomgaarden).

Solitaire bomen

Op verschillende plekken zie je losstaande bomen. Soms zijn dit wilgen of elzen die overblijfselen zijn van wat vroeger een hele rij bomen was. Op boerderijerven staan vaak losstaande bomen. Deze bomen hebben vaak een historische nut of betekenis, zoals een notenboom bij boerderijen omdat die insecten wegjaagt. Of een plek voor vogels om te broeden of uit te rusten. Bomen kunnen ook de plek mooier maken en dienen als herkenningspunten.

Bermen

Bermen kunnen belangrijke verbindingen zijn voor kleine dieren en insecten. Vooral als ze vol met kruiden zitten en niet te veel worden gemaaid. Het zijn dan echt paradijsjes voor vlinders, bijen en andere insecten.

Overige elementen

Bij de bijzondere beplantingselementen in het gebied horen ook nog: de Eendenkooi De Knoest en de beplanting langs het Elpad en het Wickenburgsepad.

Waterelementen

Sloten en greppels zijn belangrijk in het Houtense landschap. Zij markeren de verdeling van het landschap. Ook speelden zij een rol bij de ontginning van het gebied. De grote rechte sloten worden de vlieten en weteringen genoemd. Denk aan de Blokhovense Molenvliet, Waalsewetering, Honswijkerwetering, Schalkwijksewetering, en Houtense Wetering.

Oevers van sloten kunnen, in combinatie met de sloten zelf, belangrijke verbindingen vormen voor planten en dieren. Dit kan versterkt worden door de aanleg van natuurvriendelijke oevers.  Ook de waterpartijen van (voormalige landgoederen) zoals, Wickenburg, Schonauwen en kasteel Schalkwijk vormen kenmerkende elementen in het landschap.

Rivieren en kanalen

Het Houtens landschap is gevormd door de rivieren de Kromme Rijn en de Lek. Vooral de Lek is nog steeds belangrijk voor het landschap van Houten. Het Amsterdam-Rijnkanaal is later kunstmatig aangelegd. Het heeft niets te maken met hoe het landschap is ontstaan. Het kanaal zorgt ervoor dat het open komgebied is gescheiden van de stroomrug.

Water van de Nieuwe Hollandse Waterlinie

Alle forten van de Hollandse Waterlinie in Houten hebben een gracht eromheen. De grachten zijn redelijk schoon en hebben soms speciale planten en dieren langs de waterkant. Het inundatiekanaal hoort ook bij de Hollandse Waterlinie. Men heeft het gegraven zodat men het land onder water kon zetten als dat nodig was. Het inundatiekanaal en de forten zijn belangrijk door hun historische, ecologische en recreatieve waarde.

Nieuwe Hollandse Waterlinie

De Nieuwe Hollandse Waterlinie bestaat uit forten, inundatiekanalen, overstromingsvelden en dijken. Het diende als verdedigingslinie om steden in Holland te beschermen. Men kon er  delen van het land mee onder water te zetten. Op de afbeelding hieronder zie je hoe de Nieuwe Hollandse Waterlinie door delen van Utrecht, waaronder Houten, loopt. Militair erfgoed hoort ook bij de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Wil je meer weten? Kijk dan op de website. Bovenkant formulier https://www.provincie-utrecht.nl/onderwerpen/cultuur-en-erfgoed/nieuwe-hollandse-waterlinie-en-stelling-van-amsterdam

Kastelen / landgoederen

In Houten staan kasteel Heemstede en huis te Wickenburg. Het huis te Wickenburg maakt onderdeel uit van landgoed Wickenburg dat als parkbos cultuurhistorische waarde heeft. Bij beide kastelen is een oprijlaan aanwezig die zowel landschappelijk als cultuurhistorisch van betekenis zijn. Van kasteel Schonauwen bestaat de toren en de oprijlaan nog. Ook zijn er restanten van oude kastelen zoals het voormalig kasteel Marckenburg en Schalkwijk aanwezig.

Boerderijen en bebouwingslinten

In Houten staan veel oude boerderijen en landhuizen die vanuit landschappelijk en historisch oogpunt van belang zijn. Vooral grote boerderijen en huizen langs de oude wegen zijn van waarde. De overheid heeft veel boerderijen aangewezen als Rijksmonument. Deze staan vooral langs de Achterdijk, Waalseweg, de Oosterlaak en de Schalkwijkse Wetering. Verder zijn er bijna 200 boerderijen, huizen en andere dingen die door de gemeente als bijzonder ziet. Veel van die dingen zijn in het buitengebied.

Overige cultuurhistorische elementen

In de polder Vuylcop, langs de Schalkwijksewetering, staat de Vuylcoptoren, een belangrijk historisch gebouw. In Houten zijn er vier kerken, maar ze zijn moeilijk te zien vanuit het platteland. Daarentegen zijn de kerktorens van 't Goy, Schalkwijk en Tull en 't Waal goed zichtbaar. In het buitengebied van Houten zijn er veel plekken met archeologische waarde, vooral op de stroomruggronden.

Overige elementen

De spoorlijn van Utrecht naar 's-Hertogenbosch met bovenleiding snijdt opvallend door het landschap, vooral in het open gebied. Je ziet het goed door de bruggen over de Lek en het Amsterdam-Rijnkanaal, en door de hoge spoordijken. De snelweg snijdt ook opvallend door het landschap ten westen van Houten. De viaducten, op- en afritten, vangrails en borden maken de invloed van de weg nog sterker. Ook loopt er een hoogspanningsleiding door de polder Oud-Wulven en Laagraven. De palen en de lijnen zijn duidelijk zichtbaar in dit open weiland.