Grondwater

De gemeente zet zich in om grondwateroverlast in de buitenruimte te voorkomen. Een hoge grondwaterstand kan zorgen voor bijvoorbeeld vocht in huis. Als u grondwateroverlast ervaart neemt u contact op met de gemeente. Op uw eigen perceel bent u hier zelf verantwoordelijk voor. Grondwater stopt niet bij de perceelgrens. Problemen met grondwater pakken we daarom vaak samen aan.

Wat doet de gemeente?

In de Waterwet staat dat de gemeente een zorgplicht voor grondwaterbeheer heeft in het openbaar gemeentelijke gebied. Het gaat hierbij om het treffen van maatregelen, teneinde structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken. De zorgplicht heeft het karakter van een inspanningsplicht. Dat wil zeggen dat de gemeente niet verantwoordelijk is voor handhaving van het grondwaterpeil in bebouwd gebied. Het treffen van die maatregelen moet wel doelmatig zijn. De gemeente is het aanspreekpunt voor de bewoners en bedrijven met grondwaterproblemen. In het Water en Rioleringsplan Houten is het grondwaterbeleid nader uitgewerkt. Houten hanteert ontwateringsdieptes voor verschillende situaties. Wanneer de grondwaterstand gedurende meer dan 14 dagen niet meer voldoet aan de voor die locatie van toepassing zijnde ontwateringsdiepte en er is hierdoor financiƫle schade, dan is er sprake van grondwateroverlast

Wat kunt u zelf doen?

De gemeentelijke zorgplicht is van toepassing op de openbare ruimte, dus vanaf de particuliere perceelgrens. Met maatregelen op of in het openbaar terrein kunnen problemen op particuliere percelen worden verholpen. Eigenaren hebben de zorgplicht voor een goede staat van hun eigendomen en treffen zelf de nodige waterhuishoudkundige en/of bouwkundige maatregelen. Er zijn veel eenvoudige oplossingen om iets te doen aan vocht in huis, zie www.riool.info/vocht-in-huis.

Het grondwatermeetnet geeft informatie over de stijghoogten van het grondwater. Daarnaast gebruikt de gemeente de gegevens voor onderzoek naar de oorzaken en mogelijke oplossingen voor wateroverlast.

Sinds 2012 beschikt Houten over een meetnet waarmee op 50 locaties in de gemeente de ondiepe grondwaterstand wordt gemonitord. De informatie uit het monitoringssysteem maakt voorspellingen mogelijk over bijvoorbeeld grondwateroverlast. Wanneer u informatie wilt over de ondiepe grondwaterstand in uw buurt bezoek dan de website https://netwerkwaterenklimaat.nl/thema/stedelijk-water-0/grondwaterstanden/

Wat zijn de grondwaterstanden in Houten?

De meetreeksen van de grondwaterstanden worden ook opgenomen in de database van de Geologische Dienst Nederland. U kunt meetreeksen opvragen via DINOloket.nl

Hoe leest u de kaarten van de grondwaterstanden?

De grondwaterstanden op de kaarten worden weergegeven door contourlijnen met een gelijke grondwaterstand (isohypsen). Hieruit kunt u globaal de grondwaterstanden op een bepaalde locatie afleiden. De grondwaterstanden worden gegeven in meters ten opzichte van NAP. Als u de hoogte van het maaiveld weet, dan kunt u berekenen hoe hoog het grondwater staat. De hoogte van het maaiveld kunt u opzoeken op de website van Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN).

Verschillende grondwaterstanden in verschillende bodemlagen

De grondwaterstanden op de kaarten zijn de grondwaterstanden in het eerste watervoerend pakket. Zoals u in onderstaande figuur kunt zien, kan de grondwaterstand in de toplaag (tijdelijk) hoger zijn dan de stand in het eerste watervoerend pakket. Dit komt doordat regenwater blijft liggen op de bovenste waterscheidende laag. Het is niet mogelijk een isohypsenkaart te maken voor de grondwaterstand in de toplaag, omdat er op lokaal niveau grote verschillen zijn in grondwaterstanden.

Dwarsdoorsnede van de bodem

De stedelijke ophooglaag noemen we het 'bovenste (freatisch) watervoerende pakket'. Watervoerende pakketten zijn relatief goed-waterdoorlatende zand- of grindpakketten waarin het grondwater vooral horizontaal stroomt. De klei- en veenlagen vormen een afdekkende laag, die bovenop de pleistocene zanden ligt. Dit noemen we de deklaag. De klei- en veenlagen zijn waterscheidende lagen: het zijn slecht-waterdoorlatende lagen waarin het grondwater vooral verticaal stroomt.

De onderliggende pleistocene zanden duiden we aan met het 'eerste watervoerende pakket'. Schematische weergave bodemopbouw en geohydrologie De onderstaande figuur geeft schematische in een dwarsdoorsnede de stroming van grondwater (geohydrologie) weer.

Deze opbouw geldt niet voor elke locatie. Rivieren hebben namelijk een grote invloed op de bodemopbouw. Daardoor is de bodemsamenstelling overal anders. Het verschilt per wijk en zelfs binnen een wijk of een slecht-waterdoorlatende laag (van klei of veen) aanwezig is. Zo'n klei- of veenlaag is op wijkniveau een belangrijke factor in eventuele grondwateroverlast.

Overtollig grondwater mag alleen op het oppervlaktewater geloosd worden. Hiervoor is een lozingsvergunning nodig van het Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden.

In veel gevallen heeft u een watervergunning nodig van het waterschap of provincie voor het onttrekken van grondwater. De aanvraag kan rechtsreeks worden ingediend bij het bevoegde gezag, maar ook bij de gemeente waar de activiteiten zullen plaatsvinden.

Veel activiteiten vallen onder algemene regels waarvoor geen watervergunning nodig is: een melding is dan genoeg. Het is dan ook verstandig vooraf contact op te nemen met het bevoegd gezag (Rijkswaterstaat, waterschap of provincie) of vooroverleg aan te vragen.